Every 3rd Saturdays Socio- cultural integration program. संकीर्तन प्रत्येक तेस्रो शनिबार, स्वागतम्

Rassenpolitiek versus duurzaamheid

Oude nieuws
-(Excerpt from the Newsbrief of the Humanistisch Overleg Mensenrechten) 


 hom nieuwsbrief, nummer 1, maart 2000

Jaargang 19

- Bhutan -
Rassenpolitiek versus duurzaamheid

Nederlandse samenwerking met Bhutan
Mensenrechten zijn hoeksteen van beleid in de relaties met andere staten, zo stelt de Nederlandse regering. De toetsing van het beleid aan deze hoeksteen is een aandachtspunt van het HOM. In het kader van een tussentijdse evaluatie van het Nederlandse DuurzaamOntwikkelings Verdrag met Bhutan, bezocht het HOM dit land in de Himalaya.'

Etnische spanningen
Bhutan is ongeveer even groot als Nederland. De bevolking van omstreeks 600.000 mensen leeft op traditionele wijze. De mensenrechtensituatie van Bhutan wordt gekleurd door etnische spanningen tussen de Ngalong en andere etnische groepen, met name Nepalezen die al sinds begin deze eeuw als gevolg van de Britse migratiepolitiek in het zuiden van Bhutan wonen. Ongeveer 100.000 etnisch Nepalezen afkomstig uit Bhutan leven sinds begin negentiger jaren in Nepal in vluchtelingenkampen. 

De Bhutanese Nepalezen zijn op de vlucht gegaan of het land uitgezet op grond van een rassenpolitiek die eind tachtiger jaren is ingezet en hen tot ongewenste vreemdelingen verklaarde. Er is een classificatie systeem van F1 tot F7 dat de mate van echt-Bhutanees zijn aangeeft. Een kind met een Bhutanese vader en een andere moeder is F4, een kind met een Bhutanese moeder en een andere vader is F5. F7 is het laagste niveau. De volkstelling van 1988 resulteerde in de verwijdering in 1990 van duizenden Nepalezen uit Bhutan. Acties hiertegen werden hardhandig de kop in gedrukt. Sommige dorpen zijn leeggehaald, mensen op vrachtauto's geladen en elders afgezet. Anderen zijn bedreigd en voldoende bang gemaakt om zelf te vluchten, en een derde groep is te kennen gegeven dat zij geen toekomst hoeft te verwachten als zij zou blijven. Vrij algemeen wordt aangenomen dat de toenname van het aantal Nepalezen en de angst van de Ngalong om (een deel van) de macht aan hen te moeten afstaan, de reden is geweest voor het harde beleid.

Opgedrongen cultuur
De Ngalong cultuur die percentueel door ongeveer 15% van de bevolking als eigen wordt beschouwd, wordt van boven af opgelegd aan alle andere etnische groepen. Op scholen is het onderwijs van andere talen dan het 'Dzongkah' afgeschaft. Er zijn voorschriften om de traditionele kledij te dragen: de 'gho' voor mannen, iets tussen een kilt en een kimono in, en de 'kira', een overgooier voor vrouwen. Beide zijn op traditionele wijze geweven met soms opvallende motieven. Meer zakelijk ingestelde mannen zie ik vaak een grijze gho dragen, maar of dat bewust bedoeld is durf ik hen niet te vragen. De vrijheid om zelf kniekousen te kiezen wordt dermate gewaardeerd dat Bhutanezen in het buitenland altijd weer nieuwe kniekousen kopen. De vraag of kledingvoorschriften gerekend moeten worden tot schending van de mensenrechten hangt af van de sanctie die erop wordt geheven. Of en hoe er op overtredingen in Bhutan wordt gereageerd heb ik niet bloot kunnen leggen. Er zijn buitenlanders die zeggen dat er zware straffen op staan, maar Bhutanezen verzekerden mij dat zij graag deze eer aan de machthebbers willen brengen, en blij zijn als de politie een onnadenkende overtreder op zijn feilen wijst. Door de kledingvoorschriften is een ieder direct te etiketteren en wordt volgzaamheid zichtbaar.

Politieke oppositie
Bhutan kende in 1999 slechts één krant, de 'Kuensel', die eens per week verschijnt en weinig kritische geluiden laat horen. Ik sprak uitgebreid met de adjunct-hoofdredacteur. Hij is ervan overtuigd dat er geen censuur bestaat, maar probeert dat niet uit. Op de suggestie van zelf-censuur lacht hij verlegen en zegt niets. Er is ook slechts één staatsgestuurde radiozender, en de televisie is zoals bekend pas in juni 1999 door de overheid toegelaten. Het Jaarboek van Amnesty International vermeldt meer dan 100 mogelijke gewetensgevangenen en het voorkomen van marteling en incommunicado detentie. Een bekende politieke gevangene, voor wie ook Amnesty International actie heeft gevoerd, is op 17 december 1999 na tien jaar gevangenschap vrijgelaten.
Ik ben op zoek gegaan naar niet-gouvernementele organisaties, vrouwenorganisaties in het bijzonder. Ik heb met geen enkele gesproken want ze zijn er niet. Er zijn in het verleden diverse mensenrechtenorganisaties en politieke partijen opgericht die zich hebben verzet tegen de discriminerende wetgeving. Dit waren vaak organisaties opgericht door Nepalezen, maar er is ook een 'Druk National Congress', waarin zich etnische groepen uit Oost-Bhutan hebben verenigd tot een oppositiepartij. Al deze organisaties leiden een ondergronds bestaan of zijn alleen in de kampen in Nepal actief.

Conditionaliteit
Sinds vorig jaar baseert de Minister van Ontwikkelingssamenwerking, Eveline Herfkens, haar selectie voor landen die structureel bilaterale ontwikkelingshulp krijgen, onder andere op het begrip 'goed bestuur'. Maar ook voor die tijd is er regelmatig discussie geweest over de vraag of een land dat op structurele wijze internationaal aanvaarde mensenrechtennormen schendt, wel gelden uit deze bron zou mogen ontvangen.
Overwegingen daarbij zijn niet alleen van machtspolitieke aard - met (het stoppen van) Nederlands geld proberen het beleid daar te veranderen - , maar ook van morele aard. Wil de Nederlandse regering medeplichtig genoemd kunnen worden aan het in stand houden van een bewind dat zo structureel de mensenrechten schendt?
Nederland geeft niet alleen geld voor de ontwikkeling Bhutan, maar expliciet voor duurzame ontwikkeling. Het begrip duurzaamheid behelst ook de sociale en politieke duurzaamheid van een samenleving, met een actieve deelname van burgers. Een overheid die consequent, structureel en zonder tegenstemmen toe te staan, een ras- en seksegericht discriminatoir beleid voert, maakt een samenleving die op lange termijn niet duurzaam zal blijken te zijn. Een samenleving gebaseerd op angst voor de anders-uitziende burger, en niet op respect voor de menselijke waardigheid. Het gaat hier dus om meer dan goed bestuur en een discussie over conditionaliteit is dan ook noodzakelijk. Het HOM wil deze discussie op de politieke agenda zetten.

Martha Meijer

Terug naar inhoud nieuwsbrief 1, maart 2000

Comments